Lucepedia

Digitale theologische encyclopedie

Verantwoordelijke redacteur dossier: Petra Stassen
Dossiers » Kerkgebouw » meer informatie » Parochiekerk

Parochiekerk

In het kerkelijk recht is het hebben van een kerkgebouw geen wezenlijk onderdeel van de parochie. De parochie is primair een gemeenschap van christengelovigen. Het bezitten of kunnen gebruiken van een kerkgebouw is wel een logische consequentie van het parochie zijn, namelijk om te dienen als plaats van kerkelijk handelen, met als centrum en hoogtepunt de Eucharistieviering. Het wetboek van kerkelijk recht omschrijft wel wat een kerkgebouw is, hoe dit wordt gebouwd, gewijd en onderhouden, nergens staat echter expliciet dat een parochie een parochiekerk heeft of moet hebben. Algemeen wordt - althans in Nederland - wel aangenomen dat de parochie een parochiekerk heeft, dit blijkt overigens ook uit diverse teksten in het wetboek en in andere regelgeving. Door samenvoeging heeft een parochie vaak meer dan één kerk, waartegen op zich ook geen bezwaar bestaat.
 
Definitie kerkgebouw
Inrichting kerkgebouw 
Sacraliteit
 
Definitie kerkgebouw
 
In het wetboek van kerkelijk recht wordt het kerkgebouw omschreven als een 'gewijd gebouw bestemd voor de goddelijke erdeinest, waartoe de gelovigen recht van toegang hebben om de goddelijke eredienst voornamelijk openbaar uit te oefenen'. Het kerkgebouw is dus een gewijd gebouw dat voornamelijk bestemd is voor de publieke eredienst en staat overigens ook open voor andere vormen van toewijding aan God, door gebed, meditatie en devotie. Behalve parochiekerken kent de RK Kerk basilieken, kathedralen, kapittelkerken en bijkerken.
 
Inrichting kerkgebouw
 
Een kerkgebouw wordt ingericht naar een aantal uitgangspunten die van belang zijn voor de liturigsche vieringen. De verschillende elementen kunnen op allerlei manier en in verschillende materialen uitgevoerd worden, waarbij voorop staat dat de uitstraling waardig is. Het kerkgebouw moet zo ingericht worden dat zij het beeld van een verzamelde menigte vertoont, de juiste ordening van allen mogelijk maakt en de goede uitoefening van ieders functie bevordert. Elementen die daarom in elk kerkgebouw van de RK Kerk zijn te vinden, zijn: een plaats voor gelovigen en een plaats voor het zangkoor, een priesterkoor, een altaar, een zitplaats voor de voorganger, een plaats van waar het woord van God wordt verkondigd en een tabernakel. Belangrijke elementen die men verder in een kerkgebouw aantreft zijn beelden, van Christus, Maria en Heiligen, een doopvont, biechtstoelen, kruiswegstaties en verdere aankleding. Canon 1220 CIC bepaalt dat in de kerken 'de netheid en de waardigheid behouden worden die bij het huis van God passen, en dat er van verwijderd gehouden wordt wat niet strookt met de heiligheid van de plaats'. Dit betekent dat het kerkgebouw er schoon en netjes uitziet en dat alles wat niet strookt met de heiligheid van de plaats wordt uitgebannen. Het kerkgebouw en de inventaris dienen daartoe dan ook zorgvuldig onderhouden te worden waarbij passende veiligheidmaatregelen worden genomen.
 
Sacraliteit
 
De uitstraling van het kerkgebouw moet waardig zijn, omdat het een sacraal gebouw betreft. Deze sacaraliteit krijgt het gebouw bij de wijding, door de bisschop. Daarbij krijgt de kerk ook een titel (naam) die daarna niet meer gewijzigd kan worden. De naam van het kerkgebouw hoeft niet per se ook de naam van de parochie te zijn, zelfs niet van de patroonheilige van de parochie.
Het kerkgebouw kan de wijding verliezen en is daarmee geen sacraal gebouw meer. Dit gebeurt feitelijk door ontheiliging, dat wil zeggen door ernstig kwetsende daden of zwaar beledigende handelingen. Wat daaronder concreet moet worden verstaan is niet helder. Het kerkgebouw kan ook door ontwijding haar sacraliteit verliezen, namelijk feitelijk, doordat het gebouw voor een groot deel is verwoest of doordat het gebouw in gebruik wordt teruggebracht tot een profaan gebouw. Dit laatste gebeurt door een decreet van de bisschop, of doordat het gebouw in feite een blijvend profaan gebruik heeft gekregen. Als de bisschop een gebouw bij decreet terugbrengt tot een profaan gebouw, dient hij daarbij aan te geven welke bestemming het gebouw in de toekomst kan krijgen. De nieuwe bestemming mag niet onwaardig zijn, gelet op de oorspronkelijke bestemming van het gebouw.
 
 
 
 


Bron: Tilburg School of Catholic Theology
Share
Share on TwitterShare on facebookShare on Google Plus
Scroll To Top