In Band V van dit theologische woordenboek van het Oude Testament wordt het begrip nefesj uitvoerig in verschillende betekenissen (bijv. ziel, keel, verlangen, leven, persoon) onderzocht (pag. 532 -555). Ook het spraakgebruik wordt hierin meegenomen. In dit onderzoek worden vele auteurs geraadpleegd.
In Band 9 van dit theologische woordenboek wordt beschreven hoe het Griekse psyche in de loop van de tijd, beginnend bij Homerus, ontstaan en veranderd is (pag. 604 – 614). Het behandelt ook de antropologie van het Hebreeuwse nefesj (pag. 614 – 630) en de begrippen nefesj/psyche in het Jodendom (630 – 635). Daarna wordt psyche nog in het Nieuwe Testament (635 – 657) en de gnosis (657 – 661) onderzocht.