‘Women (and men) are not born, they are made,’ zei de schrijfster Simone de Beauvoir. Zie hier een belangrijk deel van het onderzoeksterrein van de genderstudies en vrouwenstudies theologie, die zich ontwikkeld hebben vanuit de feministische theologie. Deze theologie vanuit het perspectief van vrouwen kwam op in de jaren ‘60/’70 van de vorige eeuw. Zij heeft als uitgangspunt dat de asymmetrie tussen mannen en vrouwen (lees: de dominantie van mannen) in religie, kerk en maatschappij contextueel is, en niet algemeen geldig, noch heilzaam of wenselijk.
De feministische theologie wees erop dat gender (de opdeling in vrouwelijk-mannelijk) in zowel kerk als samenleving evident lijkt, maar de resultante is van een proces van constructie. De natuur, de biologie, geeft mannen en vrouwen weliswaar een specifiek fysiologisch pakket mee, maar de uitwerking en vergroting van deze verschillen in mannelijk/vrouwelijk en de betekenissen die eraan worden toegekend zijn een sociale constructie. De feministische (en gender- en vrouwenstudies) theologie wil licht werpen op deze sociaal-cultureel gegroeide visie op gender en haar consequenties voor onze wereld, met als doel meer gelijkwaardigheid tussen vrouwen en mannen, in zowel religie, kerk als maatschappij.
Deze tak van de theologie is dan ook bij uitstek een stroming die zich - zoals ook de bevrijdingstheologie en de politieke theologie dat doen - bezighoudt met andere vormen van ongelijkheid, zoals die tussen arm en rijk, zwart en wit, of mensen met een andere (niet-heteroseksuele) seksuele geaardheid. Ga naar het dossier.