Dit boek is, naast een vergelijking tussen Ruusbroecs mystieke weg met die van het boeddhisme, tevens een inleiding in de mystiek in het algemeen en in de christelijke en boeddhistische mystiek in het bijzonder. Paul Mommaers schreef de hoofdstukken over Ruusbroecs mystiek en Jan van Bragt (voormalig priester en missionaris in Japan, theoloog en deskundige op het gebied van Japanse religie en filosofie, in 2007 overleden) die over het boeddhistische spirituele pad. Ruusbroecs mystiek wordt in een breder kader geplaatst door haar in dialoog te laten gaan met het boeddhisme en hierdoor wordt op zijn beurt ook Ruusbroecs mystieke weg verder verhelderd.

Het boek is opgebouwd uit drie delen. Het eerste deel behandelt de belangrijkste kenmerken van de mystiek (passiviteit, on-middellijkheid, eenzijn en verniet(ig)ing) en biedt een kennismaking met de boeddhistische mystiek, waarin in tegenstelling tot de christelijke mystiek geen God centraal staat. Het tweede deel behandelt het mens- en Godsbeeld zoals we dat aantreffen bij Ruusbroec en het boeddhisme. Volgens Ruusbroec is de volgroeide mysticus een mens die tegelijk helemaal in God is én helemaal in zichzelf en in de wereld. In het boeddhisme ontbreekt zoals bekend de transcendente God en ligt de focus op de onthechting van de wereld door middel van contemplatie. Het derde deel gaat over Ruusbroecs visie en zijn kritiek op de zogenaamde ‘natuurlijke mystiek’ zoals we die ook bij het boeddhisme zien.

Paul Mommaers en Jan van Bragt, Ruusbroec in gesprek met het Oosten. Mystiek in boeddhisme en christendom, Kampen: Kok / Averbode: Altiora, 1995.

Bron: Tilburg School of Catholic Theology
Externe link: klik hier