De Nederlandse vertaling van Der Römerbrief door Mark Wildschut bevat een inleiding van prof.dr. C. van der Kooi en een inleiding over Karl Barth en Nederland door dr. A. Spijkerboer. Het indrukwekkende namen- en zakenregister achterin maken deze vertaling compleet. Barths eerste versie van de Romeinenbrief uit 1918 sloeg in de theologische wereld in als een bom en was snel uitverkocht. In de bewerkte en uitgebreide versie die in 1922 verscheen, vond het boek zijn definitieve vorm. Barth geeft in De brief aan de Romeinen de resultaten weer van zijn studie van Paulus, die daarin het christelijk geloof tot een absolute zaak maakt die zich aan elke redelijkheid onttrekt. Alleen de directe relatie tot God telt: daarom kunnen de heidenen, die de (Joodse) wet niet kennen, volgens Paulus soms betere gelovigen zijn dan de Joden voor wie Jezus eigenlijk preekte. Barth neemt in dit boek een kritische houding aan tegenover religie c.q. het protestantisme in zijn tijd, waarin God naar zijn mening te veel werd ingekaderd en gefixeerd door bepaalde ideeën en vrome gevoelens.