Paus Johannes Paulus II refereert hierin aan zijn bezoek aan Nederland, België en Luxemburg dat eerder die maand (11-15 mei 1985) plaatsvond. Hij spreekt over de bloei van het mystieke en monastieke leven in deze landen in de middeleeuwen en noemt hier met name Hadewijch, de zalige Jan van Ruusbroec, Geert Groote en Thomas a Kempis als voorbeelden voor het ware christelijke geestelijke leven. De paus bedankt in zijn lezing voor de goede organisatie en de oprechte deelname van de gelovigen die hij tijdens zijn bezoek ondervond, en tevens voor de evangelisatie in de Benelux-landen.
Alleen te lezen in het Italiaans en Spaans.