Lucepedia

Digitale theologische encyclopedie

Verantwoordelijke redacteur dossier: Alexis Szejnoga
Dossiers » Lucas, het evangelie volgens » niet-wetenschappelijke artikelen » Nico Riemersma, De zondaar gerechtvaardigd: Context, structuur en eenheid van Lucas 18:9-14

Nico Riemersma, De zondaar gerechtvaardigd: Context, structuur en eenheid van Lucas 18:9-14

Nico Riemersma, De zondaar gerechtvaardigd: Context, structuur en eenheid van Lucas 18:9-14, in: Interpretatie 19,2 (2011), p. 21-24


Samenvatting
Wanneer je naar de gelijkenis van de farizeeër en tollenaar kijkt (18:10-14) en deze aanlegt tegen de aanleiding voor Jezus om deze parabel te vertellen (18:9), dan valt op dat het in de aanleiding om een groep gaat, terwijl de gelijkenis om twee figuren draait. Dat brengt de auteur tot de kernvraag van zijn artikel: Wat wil deze parabel duidelijk maken aan hen 'die van zichzelf overtuigd zijn dat zij rechtvaardig zijn en die de rest minachten'? In dit artikel schenkt hij allereerst aandacht aan de plaats van de perikoop in de grotere context. De passage maakt deel uit van een eenheid (17:11-18:34) die met Jeruzalem begint en eindigt. Het thema van deze eenheid is het koninkrijk van God en de daarbijbehorende gerechtigheid. Daarna bespreekt hij de structuur van de parabel: A (18:10), B (18:11-12), B' (18:13) en A' (18:14). In de inleiding (18:11) komt aan de orde dat de gelijkenis bestemd is voor een niet nader bepaalde groep van mensen met een sterk dichotomisch wereldbeeld: zij als rechtvaardigen, de rest zondaren. In de gelijkenis zet Jezus twee gestalten tegenover elkaar: een farizeeër en een tollenaar. Aan het begin verschillen ze niet van elkaar, maar aan het eind worden ze door Jezus van elkaar onderscheiden in die zin dat de tollenaar gerechtvaardigd naar huis gaat in tegenstelling tot de farizeeër. Een verklaring daarvoor geeft Jezus aan het slot. Het gebed van de farizeeër, waarin hij hooghartig afstand neemt van de rest, wordt als verhoging geduid, het gebed van de tollenaar, waarin hij zichzelf op de laatste plaats zet, als vernedering. met recht door Joop Smit een schokkend en provocerend eindoordeel genoemd.
Essentieel voor de clue zijn de woorden 'rechtvaardig' aan het begin en 'gerechtvaardigd' aan het slot. Er vindt een omkering plaats. Waar de niet nader bepaalde groep zichzelf voor rechtvaardig houdt, daar blijkt dat woord in de parabel toegekend te worden aan de eerder geminachte. De parabel als een verhaal van omkering van gebruikelijke sociale oordelen is een oproep om te leren omdenken.


Bron: Interpretatie, met dank aan Nico Riemersma.
Externe link: Integraal te lezen
Share
Share on TwitterShare on facebookShare on Google Plus
Scroll To Top