Werkwoord: [h]בֹּאֲכָה[h] – boo’a__k__aa
Eerste stap: de hulpletters verwijderen.
Suffix ךָ++ | → | = ++כָה++, "jij/jou/jouw" (mannelijk) |
.
- Blijft staan: ++בֹּא++ - boo’.
Tweede stap: de derde radicaal vinden.
- Zijn er aanwijzingen om er een letter voor, achter of in te zetten?
- Ja: vocaal o
- → leesmoeder ++ו++ (waw) op plek van o
- → de wortel is: ++בוא++ - boo’, "komen"
- → werkwoordtype: mediae waw/jod (holle wortels)
Derde stap: de vervoeging herkennen.
Suffix na vocaal o | → | ++ו++ (waw) 'terugplaatsen' op plek van o. |
. | → | ++בוֹא++ - boo’ |
. | → | staat voor meerdere vormen in qal |
Persoonsvorm? | → | nee, vanwege suffix: "hij komt jou" kan niet |
Infinitief? | → | ja, gaat goed samen met suffix: "jouw komen" |
.
Resultaat: “jouw komen”
- in zinsverband, Genesis 13,10
- → "jouw komen bij Tsooar", = "daar, waar je bij/in Tsooar komt"
Verwante voorbeelden: van het werkwoord - ++בוא++ - boo, "komen"
- → ++וַיָּבֹא wajjaa__b__oo