Werkwoord: [h]וַיָּעָף[h] - wajjaa‘o__p__
Vooraf: de juiste uitspraak bepalen.
- Eerste qamets: heeft accent in tekst, dus lange aa;
- Tweede qamets: heeft geen accent en staat in gesloten lettergreep, dus o.
- → tweede qamets: qamets chatoef
Eerste stap: de hulpletters verwijderen.
De informatie die zij geven wordt direct meegenomen:
וַ++ + ּ | wa + verdubbeling | → | vertelmode |
++י++ | Preformatieve jod | → | persoon: derde mannelijk |
. | → | preformatieve conjugatie (PC) | |
. | Eventuele persoonsuitgang | → | geen, dus enkelvoud |
. | → | vervoeging: "en toen x-te hij" |
.
- Een tweeradicalige stam blijft staan: ++עָף ָ++ - ‘o__p__.
Tweede stap: de derde radicaal van de wortel vinden.
Zijn er aanwijzingen om een letter ervoor, erin of erachter te zetten?
Ervoor | → | nee, geen aanleiding, want a-klank |
Erin | → | ja, o-vocalisatie |
. | → | het woord is geapocopeerd |
. | → | verwante leesmoeder van de o: de ++ו++ (waw) |
. | → | zwak werkwoord: mediae vocalis |
.
- De wortel is nu bekend: ++עוף - ‘oe__p__, "vliegen"
Resultaat: “En toen vloog hij”