Werkwoord: [h]שָׁאוּ[h] - šaa’oe
Eerste stap: de voor- en achtervoegsels weghalen.
. | Geen prefix of preformatief | ||
וּ++ | Persoonsuitgang oe | → | waarschijnlijk: afformatieve conjugatie (AC) |
. | . | → | derde persoon meervoud |
.
- Twee radicalen blijven over: ++שׁא++ - šin en ’alef.
- Dat is één radicaal te weinig.
Tweede stap: de derde radicaal van de wortel vinden.
Zijn er aanwijzingen om een letter aan het begin, midden of einde te zetten?
Ervoor | → | Nee, niet onregelmatig in qatal |
Erin | → | Geen directe aanwijzing, klinker a geeft geen informatie |
Erachter | → | Ja, letter ++ה++ (hee) valt weg in deze vervoeging van qatal |
. | → | Zwak werkwoord: tertiae hee |
.
- De wortel is: ++שׁאה++ - šaa’aa, "er verlaten, desolaat bijliggen"
Resultaat: “zij hebben er verlaten bijgelegen"
In zinsverband Jesaja 6,11 verandert de tijd: "totdat zij er verlaten bijliggen"
Verwante voorbeelden: van het werkwoord ++שׁאה++ - šaa’aa, "er verlaten, desolaat bijliggen"
- → ++תִּשָּׁאֶה tiššaa’e