Gram.
Betekenis: | → | zwaar, dik, rijk (bijvoeglijk naamwoord) |
. | → | zwaar zijn, belangrijk zijn (werkwoord) |
Betekenis in verdubbelingsstam: | → | iemand voor gewichtig houden, eren |
Type woord: | → | bijvoeglijk naamwoord en werkwoord |
Bijzonderheden: | → | stativisch werkwoord |
Voorbeelden vervoeging: | → | qal: כָּבֵד - kaa__b__eed, AC 3 m enk (qatal), ‘hij was rijk’ |
. | → | pi‘eel: כַּבֵּד - kabbeed, PC imp m enk, ‘houd voor gewichtig!’ + inf c, ‘(het) voor gewichtig houden’ |
. | → | hif‘iel: הַכְבֵּד - ha__k__beed, PC imp m enk, ‘maak zwaar!’ + inf abs, ‘(het) zwaar maken’ |